Financieel gezonde stad

Inhoud veranderopgave en samenhang

Er wordt gestreefd naar een financieel gezonde stad, waarbij het accent ligt op het financieel gezond maken
en houden van de gemeentelijke huishouding. Een financieel gezonde stad betekent ook dat wordt gezocht
naar bezuinigingen en budgetneutrale aanpassingen in beleid en niet naar het vergroten van de uitgaven of
lastenverzwaring.
Uitgangspunt in de MJPB 2015 is bijvoorbeeld een minder grote stijging van de rioollasten in de komende jaren. Om te beoordelen hoe financieel gezond Arnhem is, is er inzicht nodig in de financiële status en de financiële weerbaarheid van Arnhem. Hiervoor is een stresstest ontwikkeld. Deze stresstest geeft door middel van indicatoren inzicht in de financiële status en weerbaarheid. Er moet minder financiële afhankelijkheid zijn tussen de gemeentelijke risico's en de gewenste beleidskeuzes.

Realisatie

Is het beoogde resultaat behaald?

Uitgangspunt in de veranderopgave Financieel gezonde stad is het realiseren van een voldoende financiële weerbaarheid van de gemeente.Het gaat om de mogelijkheden die er zijn in financieel moeilijke tijden.
Uit de stresstest (zie paragraaf 4.1) blijkt dat ondanks lichte verbeteringen op een aantal onderdelen, waaronder de netto schuldquotes  en de solvabiliteitsratio oplettendheid voor de financiële weerbaarheid is geboden. De vermogenspositie ligt boven het zekerheidspercentage van 75%, maar ligt nog niet op het niveau van een zekerheidspercentage van 90%.

Kort na het vaststellen van de MJPB 2015-2018 is duidelijk geworden dat nieuwe negatieve ontwikkelingen de financiële positie van Arnhem bedreigen. Bij het opstellen in 2015 van zowel de Perspectiefnota 2016-2019 als de Zomernota 2016-2019 is de financiële positie zorgelijk gebleken.

De financiële armslag van Arnhem wordt sterk beïnvloed door eerder gemaakte keuzes op rijksniveau (regeerakkoord 'Bruggen slaan'). Ook de impact van reeds doorgevoerde, maar ook nog te verwachten (aanpassingen van) nieuwe verdeelmodellen op het sociaal domein is groot. De financiële gevolgen hiervan zijn voor Arnhem veelal ongunstig. Daarnaast is het een flinke uitdaging om voldoende koerswijzigingen in het sociaal domein aan te brengen om daarmee de kosten in lijn te brengen met de beschikbare budgetten.

Bovendien is er nog steeds sprake van een onrustig economisch tij. Ondanks dat er op landelijk niveau tekenen van een voorzichtig herstel zijn, is dit in Arnhem nog nauwelijks merkbaar. Er moet rekening worden gehouden dat de positieve wending niet zal beklijven. Mondiale ontwikkelingen, zoals die in Oost Europa, het Midden Oosten en ook in Azië, creëren nieuwe politieke en economische onzekerheden.

De geschetste ontwikkelingen zijn de aanleiding geweest om vanaf 2016 wederom te bezuinigen en creatieve oplossingen te zoeken voor het verminderen van de werkloosheid, het verminderen van het aantal uitkeringen, het beperken van de kosten voor zorg en ondersteuning en het voorkomen van armoede. Dit alles op basis van de in 2015 in de Perspectiefnota 2016-2019 gepresenteerde nieuwe manier van werken in de stad en in de gemeentelijke organisatie. Ook blijft Arnhem actief in lobby-trajecten om invloed te blijven uitoefenen op de besluitvorming van het Rijk.

In de MJPB 2015 is aangegeven dat er een beperkte stijging van de jaarlijkse rioolheffing mag
plaatsvinden. In voorgaande jaren steeg de rioolheffing in verband met tarief en de investeringen in het riool. In het coalitieakkoord is afgesproken dat de rioolheffing niet meer stijgt dan de consumentenprijsindex. De rioolheffing is in 2015 dan ook niet meer gestegen dan 1,5 % (zie hiervoor ook de paragraaf lokale heffingen 4.2)

Ontwikkelingen in 2015

Zoals bij het behalen van het beoogde resultaat is aangegeven is in 2015 gebleken dat het wederom noodzakelijk was om te bezuinigen. In de MJPB 2015 is een deel van de bezuinigingen al concreet benoemd, echter een deel is ook vastgesteld als taakstelling vanaf 2017. De nieuwe bezuinigingen en de bezuinigingen van de afgelopen jaren hebben hun invloed op onze financiële positie en de financiële weerbaarheid. Er is ingeteerd op de algemene reserve en het weerstandsvermogen beweegt rond de 75%, het minimum, waardoor wensen voor nieuw beleid worden opgeschort.

Voor de Perspectiefnota 2017-2020 wordt het dan ook zinvol geacht om een nadere analyse en beschouwing uit te voeren die niet alleen de huidige positie weegt, maar dit ook, met alle ontwikkelingen die op gemeenten en specifiek op Arnhem afkomen, in perspectief kan plaatsen.
De uitkomsten moeten een antwoord geven op de vraag of de financiële positie van Arnhem afgezet tegen de ontwikkelingen robuust genoeg is of dat interne (financiële) spelregels of beleid op onderdelen moeten worden heroverwogen.